Moet Men "Rekening Houden" Met Eenieders Mening?
From the desk of Matthias Storme on Fri, 2009-01-02 12:58
De grondwetgevende meerderheid van ons parlement is recent weer van een onding bevallen, dat op de valreep in het Belgisch Staatsblad van 29 december verscheen. Geniet even mee van het nieuwe art. 22bis lid 2 van onze Grondwet:
"Elk kind heeft het recht zijn mening te uiten in alle aangelegenheden die het aangaan; met die mening wordt rekening gehouden in overeenstemming met zijn leeftijd en zijn onderscheidingsvermogen."
Een grondwet hoort geen cataloog van vrome wensen te zijn, maar "supreme law of the land", en een norm moet dus een juridische draagwijdte te hebben. Dus is mijn eerste vraag wat dit zegt over de mening van "volwassenen". De grondwet zegt namelijk niet dat met de mening van een volwassene rekening moet worden gehouden in aangelegenheden die die persoon aangaan. Volgens de basisregels van de juridische uitlegkunde moet een lacune ofwel a pari (naar analogie) worden ingevuld, ofwel a contrario (bij wijze van tegendeel). De grondwetgever zegt hier dus ofwel dat volwassenen niet het recht hebben dat met hun mening rekening wordt gehouden in aangelegenheden die die volwassene aangaan, ofwel dat dit a fortiori geldt voor volwassenen, al zou men ook bij hen natuurlijk kunnen onderscheiden naargelang hun onderscheidingsvermogen.
Volgens art. 28 van de Grondwet heeft "Ieder het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, bij de openbare overheden in te dienen" In combinatie met art. 22 bis II a fortiori leid ik daaruit af dat de overheden nu ook verplicht zijn rekening te houden met die petitie in aangelegenheden die de petenten aangaan. Dat zou voorwaar een grote nieuwigheid zijn, want het lot van petities aan de overheid vandaag is meestal dat er helemaal geen rekening mee wordt gehouden.
PS. Deze onzin komt uit het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind uit 1989 (te vinden op http://www.unicef.nl/unicef/servlet/nl.gx.siteworks.client.http.GetFile/id=52649), maar onze parlemetsleden hebben er wel een eigen "samenvatting" van gemaakt die zeker geen verbetering is. In het Verdrag bv. wordt gesteld dat dat rekening houden met name betrekking heeft op het horen van kinderen in gerechtelijke en administratieve procedures die op dat kind betrekking hebben. Die verduidelijking ontbreekt in art. 22 bis.